Na meer dan 35 jaar bestaan, beschouwen velen Candlemass nog steeds als echte heavy metal-grootheden en koningen van doom, in de voetsporen van hun grote voorbeeld, Black Sabbath.
De band staat bekend om de genrebepalende meesterwerken 'Epicus Doomicus Metallicus' (1986) & 'Nightfall' (1987), waarbij Candlemass tot op de dag van vandaag nog steeds een immer toegewijd en groeiend legioen fans opwindt.
Na een jaar waarin de meeste live-activiteit niet mogelijk was, bevat 'Green Valley Live' de "lockdown" -sessie van de band (hun enige show in 2020 en het allereerste live gestreamde evenement). Met de line-up bestaande uit Johan Längqvist (zang), Mats Björkman (gitaar), Lars Johansson (gitaar), Leif Edling (bas) en Jan Lindh (drums) leveren ze hun verpletterende geluid voor de massa. De release bevat tal van klassieke Candlemass doom-anthems in de vorm van 'Well of Souls', 'Mirror Mirror', 'Betwitched' en andere hoogtepunten van de legendarische eerste vier albums van de band, evenals het titanische 'Astorolus' van het nieuwste opus van de band.
Het album begint sterk met Well Of Souls, een klassieke doom song met een sterke esoterische inslag. Dark Reflections klinkt ook machtig. Mirror Mirror flirt met het bovennatuurlijke en het onderaardse met een knipoog naar sneeuwwitje. Ancient Dreams is een naar doom maatstaven heel kort intermezzo. Voor mij klinkt het als een begin van een goed nummer dat nog verder moet gecomponeerd worden. Jammer, want deze heren hebben toch tijd genoeg gehad om hiervan een volwaardig nummer te maken. Astorolus is dus een nieuw nummer, maar had evengoed in de jaren 70 of 80 gemaakt kunnen zijn. Aan de ene kant is dit klassiek geluid heel herkenbaar voor de fans. Maar anderzijds is het toch jammer dat zo’n nieuw nummer niet meer moderne doom invloeden bevat. Wat de bands weer nieuwe fans zou kunnen opleveren. Bewitched blijkt nog zo’n overtuigend occult nummer.
Het prachtige Dark Are The Veins Of Death mocht voor mij nog langere duren. Het verzuurde liefdeslied Under The Oak is miischien net iets te langdradig om goed te zijn. Maar misschien ligt dit wel aan de plaats binnen de set. Misschien had men beter eerst het relatief lichte Doom Jam gespeeld om de zwaarwichtigheid wat te verdelen. Het meer naar heavy metal neigende A Sorcerer’s Pledge is toch wel de beste song van het album. Deze iets lichtvoetigere (kan dit wel bij doom?) song wordt gevolgd door de met veel pathos gebrachte depressieve doom ballad Solitude. Dit was dan het passende droevige einde. Of toch niet want we krijgen nog een zeer goed gebrachte soundcheck bonusversie van Demons Gate.