Sommige popartiesten boeren goed. Het is hen gegund zolang ze hun talenten benutten en hard werken. Laten we het muziekpad even verlaten en ons in de sfeer van Top Gear begeven. De welstand van rocksterren kan je afleiden uit het soort voertuigen waarmee ze rijden. Neem nu Steve Harley. Zijn eerste wagen was een ordinaire Ford Escort. Begin jaren ‘70 scoort hij hits en prompt schakelt hij over op een statige Bentley. “In de States verwarren ze de Bentley meestal met een Roller (Rolls Royce). Soms ging ik op restaurant met mijn vriend Rod Stewart. Nadien grapte hij: ‘Zullen we de Roller naar huis brengen?’ ” In de jaren ‘80 staat er wat minder op de bankrekening en bestuurt hij een Volkswagen Golf of een Volvo. “Ik vroeg me af: ik ben toch een rockster, wat doe ik in een Volvo?” Gelukkig stromen de auteursrechten verder binnen. Bij zijn vorig concert parkeerde hij een immense BMW 7 achter de zaal. Nu tuft hij als James Bond zowaar met een sportbolide rond: een Aston Martin. Een man met smaak (en geld). Het zijn niet enkel de platenverkoop en SABAM die een artiest rijk maken. Later kom je te weten welke bijkomende weg je lucratief kan berijden.
Ik interview Steve Harley voor de tweede maal. De vorige keer was 4 jaar geleden. Harley is een veel belezen man, dat merk je aan zijn songteksten. Als jij je eerste single (Sebastian) - jouw visitekaartje - laat beginnen met:
“Radiate simply, the candle is burning, so low for me.
Generate me limply, can't seem to place your name, cherie.”
weet je dat er potten zullen gebroken worden. Ik beloof Steve andere vragen te stellen. “Thanks, mate!” Een goed begin want hij lacht.
Laten we het eens over een andere boeg gooien. Welke auteur is volgens jou de beste?
Ik ga voor Virginia Woolf, een van de grootste Engelse schrijvers. Haar boek The Waves betekende een openbaring voor me. Het bestaat uit monologen van zes personages. Ook haar gedichten zijn van uitzonderlijk hoog niveau. Helaas pleegde Woolf zelfmoord omdat ze stemmen hoorde.
Bij de liedjesteksten staat uiteraard Bob Dylan op kop, gevolgd door – verschiet niet – Chuck Berry. Je mag hem als de belangrijkste songwriter van het rock-'n-rolltijdperk beschouwen. Berry leverde scherpe kritiek op de Amerikaanse maatschappij. Hij had als tekstschrijver en gitarist een grote invloed op The Rolling Stones, The Beatles, Bob Dylan en zelfs Bruce Springsteen.
Sommigen vergelijken je stem met die van Bob Dylan.
Daarmee ga ik niet akkoord. Ik hou wel ontzettend veel van zijn frasering. Ik volg hem sinds mijn twaalfde. Soms draag ik een T-shirt met een beeltenis van hem. Het is een foto uit ‘69 vanop het Isle of Wight festival.
Klopt het dat je begon als busker / straatmuzikant?
Begin jaren ‘70, toen we nog jong en mooi waren… Ik groeide op met mijn songs in metrostations en op straat, vooral Portobello Road en Hyde Park Corner. Alleen met mijn gitaar. De meesten speelden er folksongs. Ik probeerde er mijn composities uit. Het busken gaf me een platform om te experimenteren. Ik had eentje dat Sebastian noemde en het duurde 6 minuten. Evenzeer Judy Teen en Mr. Soft kwamen embryonaal aan bod. En, ik had geen nagel om aan mijn gat te krabben.
Aan welk optreden heb je een blijvende herinnering?
Ontelbare, elk concert kan je speciaal noemen. Wat me zeker bijblijft: in juni dit jaar trad ik op nadat mijn vader overleden was. Uiteraard dacht ik aan mijn pa en droeg een song aan hem op. Dit gaf me rillingen.
Staat eveneens in mijn geheugen gegrift: Vorst 1975, een magische nacht. Ik had toen drie goedlopende albums uit en een hit met Make Me Smile. Of de shows in de Roma, Antwerpen. Wat een briljante zaal. Ze vertelden me dat dit destijds een bioscoop was en dat vrijwilligers de renovatie op zich namen. Wonderbaarlijk. Bovendien een beschermd monument.
Vertel me over je vriend Marc Bolan van T. Rex.
Om een zinspeling op zijn voornaam te maken: “He was remarkable.” Een unieke, zowel letterlijk als figuurlijk knappe man. Hij was diegene die begon met glam rock (make up, glitters, plateauzolen… ). Hij scoorde hits met de seksueel getinte singles Hot love, Get it on, 20th Century boy… Zijn populariteit kon je op zijn hoogtepunt vergelijken met de Beatlemania. Ik gebruikte vaak het Latijnse gezegde: “Vanitas vanitum. All is vanity, Marc.” “IJdelheid der ijdelheden, alles is ijdelheid”. Marc was behoorlijk narcistisch. Hij schreef ook poëzie en was eveneens geïnteresseerd in wagens. We hadden veel plezier en deden enkele tv-shows samen. Tot zijn vrienden behoorden ook David Bowie. Hij is veel te vroeg gestorven. Hij crashte met zijn Mini op amper 30-jarige leeftijd.
Word je bewonderd door collega artiesten?
Jawel en ik kan niet ontkennen dat dit plezier doet. De band Elbow – deze van de hit One day like this – noemde aanvankelijk Mr Soft. Fascinerend, hé. Ik heb hen verschillende malen ontmoet. Het zijn jongere mensen. Er is verdorie een leeftijdsverschil van 20 jaar.
Ook Johnny Marr, ex-gitarist van The Smiths, is gek op mijn werk. Evenals Noel Gallagher van Oasis.
Make me smile schreef je na het vertrek van je eerste groep. Wat is er van hen geworden?
Geen flauw idee. Ik heb geen contact meer met hen. Zo weet ik jammer genoeg ook niet wat George Harrison vond van onze bewerking van Here comes the sun.
Waarom ga je akoestisch op tour?
Voor mij is het gemakkelijker want met groep gaat het behoorlijk luid. Ik word vergezeld door de originele Cockney Rebel-leden Barry Wickens (viool, gitaar) en James Lascelles (piano, percussie), twee rasmuzikanten. Ik ben altijd al een notoir tegenstander van de elektrische gitaar geweest. Met deze bezetting voel ik me goed in mijn vel. Het zijn de min of meer naakte songs, zonder veel franjes. Zo merk je of een lied overeind blijft. Tussen de nummers door durf ik al eens een monoloogje op te voeren, met hier en daar een knipoog.
Barry is een violist die meer kan dan wat riedeltjes te voorschijn toveren. Zijn solo’s en begeleiding zijn hemels. Toetsenist James tovert diverse klanken uit zijn keyboards. Op die manier heb je de indruk dat je naar een grote groep zit te luisteren.
Het interview zit er op. Terug naar de inleiding, de Bentley en the money maker. Je kan een centje bijverdienen door je songs te laten gebruiken voor advertenties. Arno, een artiest zonder rijbewijs, maakte reclame voor het automerk Lancia. Bij Steve Harley is het eveneens grappig. Come up and see me, make me smile wordt gebruikt in een reclamefilmpje om paarse erectiestimulerende pillen aan te prijzen. Ikzelf neem het aanbod van aspirine in overweging.
Met of zonder pillen, Harley gaat als trio en unplugged de baan op. Sebastian bijvoorbeeld staat nog altijd als een huis. Het is in de akoestische versie mooier en breekbaarder, zonder al die trammelant.
Wat Steve Harley & Cockney Rebel
unplugged concert
Wanneer zaterdag 30 november 2019 – 20 uur
Waar cc Zomerloos Gistel
Info 059 27 98 71 of cultuur@gistel.be
Toegang € 20 voorverkoop
(Interviewer: Dirk Ghys)