Interview Raketkanon

Interviews:Nederlands
 Florian Cassier    17 mei 2014

Raketkanon is een band uit het Gentse die volledig opgaat in zijn shows. Energie ten top, een totaal beleving. Voor het optreden in Aalst mocht ik even bijschuiven aan tafel voor een interview met Pieter-Paul Devos (ook bekend van Kapitan Korsakov), Jef Verbeeck, Lode Vlaeminck en Pieter De Wilde. Eén met heel wat sarcasme, maar ook een duidelijke visie en passie voor muziek. Naar mijn mening hebben ze een enorm Nirvanagehalte en niet alleen door de subtiele gelijkenissen tussen Pieter-Paul en Kurt Cobain. Sommige antwoorden mag je gerust met een enorme korrel zout nemen. Je mag zelf beslissen wat je soms gelooft en wat niet.


Hoe gaat het ermee? Zin om te spelen vandaag?

Pieter : “Nee, dat stinkt hier. Neenee, we hebben altijd zin om te spelen! Ik denk het toch ja.”

Jullie eerste album is al een tijdje uit, is er nieuw materiaal op komst?

Pieter : “Ja, we zijn eraan bezig. Het is eigenlijk heel simpel, we leren nu al onze nummers achterstevoren en dan gaan we beweren dat we nieuw materiaal hebben. Ja neen we zijn bezig met het schrijven van nieuwe nummers. Eind juli beginnen we aan onze nieuwe plaat. We zijn al ‘vree’ aan het voorbereiden. En we gaan er straks wel al een paar spelen denk ik. Het zal de eerste keer worden dat we nieuwe nummers spelen.”

Ik ben benieuwd, gaan jullie het nieuwe album RKTKN #2 noemen of is dat te voor de handliggend?

Lode : “RKTKN #3! Haha neen dat zeggen we niet. Dat weten we ook nog niet.”
Pieter: “Allee komaan dat weten we wel eh Lode, gij weet gewoon van niks!”
Jef: “Ja neen, we hebben nog niks besloten ofzo, maar er zijn wel enkele ideeën, maar die verklappen we nog niet.”

Op de eerste plaat gebruikten jullie telkens persoonsnamen als titel, hoe kwamen jullie op dat idee?

Pieter : “We zijn eigenlijk op dat idee gekomen rond de kerstboom van de studio. We waren aan het eten en ja het idee kwam er ineens. Iederen had iets van ja ok tof, dat doen we.”

Hoe beslis je dan welke naam geschikt is als titel?

Pieter : “Dat is eigenlijk nog snel gebeurd hoor.”
Jef: “We hebben daar een computeralgoritme voor geschreven.”
Pieter: “Ja goed ja gewoon namedropping en zien of het goed klinkt. Gewoon voelen wat er bij welk nummer past.”

Ben je daar al aan uit of je dat of dat in het volgende album terug zal komen?

Pieter : “Nee, allee dat zijn we wel.”
Lode: “ Hoe weten we dat al?”
Pieter: “Maar neen, dat ‘weten we nog niet’.”
Jef: ”Dat is ook niet zo belangrijk voor ons, eerst goede nieuwe nummers schrijven! Dat is het belangrijkste. Wij vinden die namen ook echt niet belangrijk.”
Pieter-Paul: “Op het volgende album gaan we allemaal familienamen nemen. Vanavond gaan we Vandewalle spelen. Verbeken, Vandemoortele, Verkest, Vandereecken, Van Bockstael,...”

Hoe zijn jullie aan de naam Raketkanon gekomen?

Pieter-Paul : “Eigenlijk heet Jef zijn dochter zo!”
Jef: “Het geheim is bij deze verklapt. Ik heb een dochter die is nu drie jaar en zij heet raketkanon. Maar ik heb liever dat je dat niet online zet en geheim houdt.”

Heel eigen sound, wat zijn jouw invloeden?

Pieter : “Onze invloed is alles.”
Pieter-Paul: “De filter voor ons is eigenlijk fake of niet. Als het niet fake dan sijpelt het wel door onze filter en kan dat wel potentieel goed zijn. En al de rest smijten we weg. En dan kan dat gelijk welk genre zijn.”
Jef: “We zijn eigenlijk alle vier iets totaal anders, we hebben geen echte gemeenschappelijke bands ofzo. We liggen wel dicht tegen alkaar, maar toch zijn we allevier totaal anders. Muzikaal is er een wel een grote deelverzameling en er liggen wel parrallellen maar dat is niet perse gelinkt aan bepaalde bands ofzo. Dat is iets dat er gewoon is en dat hoeft ook niet perse muziek te zijn.”

Plannen voor de zomer? Ik heb al gezien dat jullie Boomtown op de Gentse feesten gaan spelen, wat nog?

Pieter : “Wat? Dat kan niet dan ben ik op reis, ik kan dan niet. Dat zal dan met een andere drummer zijn.”
Jef: “Aja, shit hij weet nog van niks. Dat is nu wel ambetant. En wij dat maar geheim proberen houden voor hem. We gingen dat met Patje (Krimson) proberen als onze drummer.”
Pieter: “Boomtown gaan we dus nog spelen, maar de dag erna vertrekken we naar de studio, naar Chicago en daar lassen we even een periode in van gewoon rust. Gewoon veel repeteren, repeteren en repeteren voor onze nieuwe plaat. Vanaf november komt de plaat uit en dan gaan we nog wel zien. Eerst de plaat opnemen en dan zien of hij wel goed genoeg is om uit te geven. Bij Steve Albini”

Wat vind je van het voorprogramma?  Kennen jullie hen?

Pieter-Paul : “Ik vind die niet wijs.”
Jef: “Ja Muth, ik ken hen persoonlijk. Helaas heel onsympathieke mensen, jammer maar helaas...”

Ik stel deze vraag eigenlijk, omdat toen ik die vraag aan Ian Clement (Wallace Vanborn) stelde wanneer jullie zijn voor programma waren zij hij dat jullie zijn favoriete band waren, met een geweldige energie en zuiverheid.

Pieter : “Dat is een goede vriend van ons dus ja hij kan eigenlijk niet anders dan dat te zeggen.”
Jef: “Het is eigenlijk zo, wij zijn sterker en we zijn met vier. Wallace is maar met drie en hun bassist is klein dus eigenlijk twee en half. Dus kunnen ze gewoon niet op tegen ons. Wij trainen ook allemaal en we doen gevechtssport en Pieter-Paul drinkt vooral shakes, eiershakes.”
Pieter: “Ik vind dat eigenlijk wel cool dat hij dat zegt en ik weet ook gewoon dat hij dat echt meent, dat is een goeie gast.”


Ik heb ook gezien dat jullie foto’s maken samen met Anton Coenen. Hoe zijn jullie tot bij hem geraakt?

Pieter: “Eigenlijk is hij gewoon een goede vriend van ons. Pieter-Paul woont ook samen met hem. Eigenlijk zijn zij een beetje één team ze worden ook wel vaak eens verward  met elkaar en ze wisselen soms eens van positie. Dan zingt hij en neemt Piet-Paul de foto’s. Eigenlijk is zijn succes ook wel een beetje te danken aan ons. De schoonste foto’s die hij maakt zijn toch die van ons (lacht). Alle anderen (o.a. Wallace Vanborn en Trixie Whitley) hadden nooit gezegd kom maar mee als hij zich bij ons niet had bewezen (lacht).
Lode: “Mag ik trouwens even zeggen, zijn eerste tour was er trouwens eentje met Toman (zijn anderen band), in 2005 denk ik in Nederland.”
Pieter-Paul: “En hij is ook eens met in Amerika met één van ons meegeweest, maar daar zijn niet zo veel foto’s van.”
Pieter: “Ahja juist dat was toen dat zijn camera gepiekt was en er geen foto’s meer waren ja. Maar ok daar gaan we nu niet over uitwijden. Dat was wel jammer.”

(Pieter Paul) Knack noemt je een hyperkineet die je beter geen relatine geeft. Ben je altijd zo of komt dat pas op podium naar boven?

Pieter-Paul: “Ja ik ben altijd zo kijk maar ik ben weer zo hyperkinetisch bezig nu. Ik denk dat het veiliger gesteld is dat de Knack mij niet persoonlijk kent en daarmee uit. Ik ben helemaal niet hyperkinetisch. Wat een kutvraag, ja neen als we live spelen is dat ja heel anders. Dat heeft niks te maken met hoe je in het leven staat. Als er een half uur is een heel mijn leven dat ik niet nadenk is dat als ik op het podium sta. Dat is onze catharsis, dat is eigenlijk gewoon het ene woord, niet meer dan dat. Je moet daar niks achter zoeken of een bepaalde persoonlijkheid. Moesten dat meer mensen doen zou de Knack daar niet zo’n objectieven op plakken. In elk geval ik voel mij op deze moment niet hyperkinetisch.”

Tijdens optredens gebeuren er wel al eens zotte dingen. Wat is het zotste verhaal dat je mij kan vertellen?

Pieter-Paul: “Ik ben eens gepijpt op het podium. Maar of dat dat nu het zotste is, ik ben naast het podium ook al veel gepijpt.”
Jef: “Ik heb eens een heel optreden niet kunnen rechtstaan, dat ging gewoon niet. Overdaad schaadt zeggen ze wel eens. ”
Pieter-Paul: “Dat was in de Vooruit zeker?”
Jef: “Ah shit dan heb ik dat meer dan één keer voor gehad!”
Pieter-Paul: “Neen, kijk ik ben zo niet de gast van de anekdotes, ik weet dat zo niet. Ik ken geen noemswaardige anekdotes. Eigenlijk zijn wij ik weet niet hoe normaal, dat is het net. We houden eigenlijk de mensen gewoon voor ogen en iedereen trapt daar blijkbaar in.
Maar wat ik me afvraag, als je zo een vraag stelt, zijn er dan bepaalde dingen die je hoort of leest om die vragen te stellen of is dat iets dat je zelf uit ervaring ofzo vraagt?”

Ik vraag dit gewoon op zich af, omdat ik jullie al meerdere malen live heb gezien en dan gebeurt er wel wat op die shows. Sommige andere bands staan gewoon stil en spelen, bij jullie is dat heel anders. Daarom dacht ik dat er wel enkele sappige histories te vertellen waren.

Pieter-Paul: “Misschien is dat een vraag je beter aan de fans stelt dan, wat zij het wijste vonden van ons. Want wij meestal als wij op een podium staan, weten wij gewoon niet wat er gebeurt en het lukt mij niet om dingen te houden die langer geleden zijn da vijf seconden geleden. Omdat wij ook zonading veel spelen is dat ook wel vergankelijk. Er gebeuren wel eens zotte dingen op het podium, maar dat is nooit met voorbedachte rade. En als we dan eens onze kleren ofzo uitdoen is dat niet aan ons om dat te vertellen, dat zijn alleen maar een ‘pozerverhaal’. Het moet voor ons ook ineteressant blijven en daarom doen we af en toe wat zotte dingen. Ja kijk we maken wel dingen mee, maar is dat dan gek als er een meiske een fleske breekt en daar bepaalde seksuele handelingen mee doet terwijl ze onze namen roept. Zo noemenswaardig vind ik dat niet. Als ik dat dan ook vertel, wordt dat dan zo een headliner enzo, dat is gewoon niet de bedoeling.”
Jef: “Nu er zo vanalles verteld wordt komen er ook duizend dingen naar boven bij mij, maar dat leidt alleen maar de aandacht af van waar het bij ons echt om draait en dat muziek spelen en energie overbrengen. Het gaat niet over die zotte stoten die gebeuren.
Pieter-Paul: “Vind je het trouwens niet raar dan dat wij eerder de uitzondering op de regel zijn. Terwijl dat ik niet begrijp hoe je daar dan komt. Hoe geraak je uit je slaapkamer op dat podium terwijl je daar dan geen milimeter beweegt of geen greintje ziel in steekt en dat wordt dan de norm. Wij wijken daar dan vanaf en krijgen daar daarom een vraag over. Het zo f*cking de standaard moeten zijn voor iedereen. En het publiek zelf ook en er iemand met een telefoon vanvoor foto’s komt trekken.Dat is gewoon tweedehandsbeleving. Dat is niet wat wij komen doen, dat heeft daar niks mee te maken. Het is die live. Op dat moment gewoon 200% gaan voor iedereen die erbij is, wie dat doet heeft de show echt meegemaakt en beleefd. Al de rest is echt overtollig.”


En als laatste vraag om af te sluiten. Wat wil je nog doen voor je dood gaat?

Pieter-Paul: “Crocdile.”
Pieter: “Dat is gewoon met krokodillen zwemmen.”
Jef: “Dan moet ge dat toch maar eens googlen gij. Ja neen dat is een soort drugs maar ok.”
Pieter-Paul: “Koffie, dat heb ik ook nog nooit gedronken in mijn leven.”
Pieter: “Neen serieus gasten, ik wil gewoon vollen bak touren eigenlijk, gewoon de hele tijd blijven touren.”
Pieter-Paul: “Ik wil meemaken dat we gaan spelen en dat er niemand iets anders doet dan met de show bezig zijn, behalve de mensen achter den toog, maar dan nog! We kweken dat ook wel denk ik, af en toe komt er wel nog eens een loze lul of smurf ertussen met zijn flits. Binnen dit en een jaar wil ik dat meemaken, niet fotograferen, niet filmen gewoon gaan. Anderzijds moet ik toch ook wel zeggen dat we geen dwaas publiek hebben.  We hebben een goed publiek, maar ik vind dat gewoon één van de irritantste dingen tijdens een show.

Bedankt en veel plezier straks op het podium.