"De muziek is 100% ons" : Interview met Shane Told van Silverstein

Interviews:Nederlands
  Inge van Nimwegen    27 april 2015

Net wanneer de eerste fans de gezellige Melkweg Oude Zaal in Amsterdam binnengaan, hebben wij de kans even te praten met Shane Told, vocalist en tekstschrijver van Canadese post-hardcore band Silverstein. De groep is bezig met de laatste shows voor de jubileumtour voor succesalbum Discovering the Waterfront, wat tien jaar geleden uitkwam. Hierbij werden niet alleen Europa, maar ook de VS, Canada, Engeland en Australië zagen aangedaan om dit feestje mee te vieren.


Allereerst: gefeliciteerd met het jubileum!

Dankjewel. Het voelt fantastisch!

Waarom verdient juist dit album (Discovering the Waterfront) het om zo groots gevierd te worden met een reeks shows van dit formaat?

Het was ons doorbraakalbum, zogezegd. Dit album veranderde ons van een paar kids met instrumenten in echte muzikanten. Bovendien blijkt tien jaar later dat dit nog steeds ons meest geliefde album is., dus het voelde gewoon goed om dit nu te doen. We hadden we wat tijd vrij aan het begin van dit jaar om een klein feestje te vieren met z’n allen.

 

Hadden jullie hiervoor alle nummers van het album al eens live gespeeld of waren er nummers bij die jullie nooit eerder gedaan hadden?

Door de jaren heen hebben we ze stuk voor stuk wel gespeeld, maar voor sommigen was de laatste keer jaren geleden. We moesten er dus echt voor gaan zitten, om sommige nummers opnieuw te leren en samen te oefenen, en zo de nummers te perfectioneren. Ik was sommige teksten vergeten, dus moest ik op mijn telefoon lyricwebsites opzoeken; om er vervolgens achter te komen dat sommigen helemaal niet klopten.. Maar het was tof om op ons oudere werk terug te blikken, me weer te verplaatsen in hoe ik me voelde toen ik deze nummers schreef; dat was ik toch wel vergeten.

 

Heb je het idee dat er een ander publiek naar deze jubileumshows komt, ten opzichte van de shows die jullie normaal gesproken doen?

Het is apart: ik had verwacht dat juist dat het geval zou zijn. Ik had meer oudere fans verwacht, mensen die het album tien jaar geleden luisterden maar nu ze kinderen hebben niet vaak meer naar shows komen. Ik had verwacht dat het daar vol mee zou staan. Maar dat is niet echt zo, eigenlijk; het is onze gebruikelijke fan base, die varieert van de mensen die ik net noemde, dertigers, tot en met de kids van een jaar of dertien, veertien. Soms zelfs nog jonger! Het is ontzettend cool zo’n brede fan base te hebben. Ik weet niet waar deze iedereen onze band hoort en ons gaat waarderen, maar dat doen ze, en da’s cool.

 

Maar deze shows zijn niet alles waar jullie mee bezig zijn geweest: jullie hebben een nieuw album opgenomen [I Am Alive In Everything I Touch – releasedatum: 15 mei 2015].

En het is af!

Wat kun je ons erover vertellen?

Het is erg goed [lacht]! We hebben er echt heel hard aan gewerkt. Veel tijd gestopt in alle processen rondom het album, van het schrijven tot het opnemen en alles ertussenin, en we zijn er heel tevreden mee. Het is een conceptalbum, dus het heeft een hoop doorlopende rode draden. Het is een persoonlijker album voor mij, wat de lyrics betreft, dan ‘This Is How the Wind Shifts’ was. Dat was meer een verzameling korte verhalen, terwijl alle nieuwe nummers echt vanuit mijn oogpunt zijn geschreven. Het is meer ik, die dingen bespreekt vanuit mijn eigen perspectief.

 

Hoe hebben julllie het schrijven aangepakt; zijn jullie uitgegaan van de muziek, of de lyrics?  

Het is typisch; normaal gesproken wanneer een band een album maakt, zullen ze de muziek schrijven en vervolgens de tekst, right? Maar wij hebben het net wat anders gedaan de laatste paar albums, onze conceptalbums; vaak zijn we met beide processen tegelijk bezig. Dan schrijven we wat muziek, wat lyrics, en proberen dan terug te gaan en te besluiten wat voor muziek we hierbij nodig hebben of juist wat voor tekst werkt bij het concept. Al met al is het wat moeilijker, maar ik denk dat het een stuk logischer is wanneer je het album als geheel hoort. Je hebt niet te maken met muziek en woorden die erbij hangen, maar je bent juist in staat iets te voelen niet alleen bij wat je zingt, en de muziek, als twee losstaande dingen die toevallig goed samengaan, maar die juist gepland zijn als een geheel, if that makes any sense. Voor ons was het schrijven van dit album heel natuurlijk, het klopte gewoon. De muziek en de teksten vullen elkaar perfect aan.

Zou je daarom zeggen dat het schrijven van een conceptalbum fundamenteel anders is dan het schrijven van een ‘regulier’ album?

Zeker, elke keer het concept aspect opduikt, wat natuurlijk iets is wat we de laatste jaren vaker hebben geïncorporeerd, elke keer dat je je daarmee bezighoudt is het een extra stap in het schrijfproces omdat je rekening houdt met een overkoepelend verhaal of thema. We verwerken altijd enkele muzikale thema’s in onze muziek, dus voor ons is dat ook een belangrijk onderdeel van het album.

Zie je jezelf dan meer als een verhalenverteller dan een muzikant, als het gaat om muziekschrijven?  

Dat is een goede vraag, maar uiteindelijk is de muziek nog altijd de focus. We maken een kunstwerk in de vorm van een album, in de vorm van muziek, maar de twee jaar die erop volgen gaan we het podium op en het spelen. We gaan onze muziek spelen en we gaan muzikanten zijn. Dus voor mij, hoeveel plezier ik ook heb in het verhaalaspect ervan, en hoezeer ik ook trots kan zijn op mezelf wanneer we een conceptalbum of iets dergelijks weten te schrijven met een verhaalt dat mensen intrigeert, zijn we uiteindelijk toch gewoon muzikanten in een band en dat is wat we doen. Dat is het middelpunt van dit alles.

 

Jullie zijn voor het uitbrengen van dit nummer van platenlabel gewisseld [van Universal naar Rise Records]. Hebben je het gevoel dat dit invloed heeft gehad op hoe het album klinkt?

Voor ons heeft dit geen enkel verschil gemaakt. Op dit punt in onze carrière, om heel eerlijk te zijn, zo niet onze hele carrière, vertelt niemand ons hoe we nummers zouden moeten schrijven of wat voor muziek we zouden moeten spelen of iets dergelijks. Zo ook met Rise Records bijvoorbeeld, ze steunen ons in alles. Het ging letterlijk als volgt: we hebben bij hen getekend en ze wilden geen nieuwe nummers te horen, geen enkele demo, niets! Ze vertrouwden ons. Zelfs tijdens het opnemen van het album hoefden ze niets te horen. Toen het af was hebben we alles opgestuurd en het was klaar. Het label heeft dus zero input gehad op het creatieve proces. De muziek is 100% ons. Het is fijn om alles zelf in de hand te hebben. Ik hoor soms van andere bands die problemen hebben met hun label, dat ze verteld wordt dat ze bepaalde soorten nummers nodig hebben, of zelfs het halve album moeten herschrijven. Ik kan me dat bijna niet voorstellen, dat zou vreselijk zijn. We hebben het goed voor elkaar.

 

Laten we het even hebben over touren. Jullie lijken niet veel supports voor andere bands meer te spelen. Hoe voelt het om headlining act te zijn?

Het hele supporten wordt steeds moeilijker. Wanneer je band populairder wordt zijn er steeds minder bands voor wie het logisch zou zijn dat je opent. Maar we doen nog steeds wel een paar voorprogramma’s elk jaar, vorig jaar deden we Blessthefall en We Came As Romans bijvoorbeeld, en we hebben als voorprogramma gespeeld voor August Burns Red niet zo lang geleden. Maar headlinen is waar het om gaat voor ons. We willen graag dat onze fan base ons een volledige set kan zien spelen en onze muziek met ons meebeleeft, dus voor ons is headlinen het doel. Het is de zin van een band zijn, weet je.

Dus, kunnen we jullie snel weer terug verwachten met shows voor het nieuwe album?

Yeah, we zullen terug zijn in Nederland en België later dit jaar!