Sziget dag 5 - zondag 14 augustus (2016)

Review:Festivals
 Bert Sevenant    16 augustus 2016

Na ons ontbijt om drie uur in de namiddag – don’t ask, de vorige avond wilden we nog even het nachtleven van Sziget verkennen – begaven we ons terug naar het festivalterrein. De eerste groep die voor ons op dag vijf op het programma stond was ‘Oscar and The Wolf’, een Belgische electropopband die ontsproten is uit het brein van frontman Max Colombie. Hun grootste singles passeerden de revue: ‘Orange Sky’, ‘Princes’ en ‘Strange Entity’. Overal in het publiek zagen we Belgen en dat was ook Colombie duidelijk niet ontgaan: “Whoa, there are a lot of Belgians here!” De invallende lichtbundels van de late-namiddagzon in combinatie met de dromerige klanken van ‘Undress’ zorgden voor een hypnotiserend sfeertje. Kortom, ideale omstandigheden om volledig in de show te kunnen opgaan.


Vlak daarna begaven we ons richting mainstage, waar we een afspraak hadden met de Canadese punkers van ‘Sum 41’. De sproeiers aan de rand van het podium draaiden op volle toeren want het was vandaag een verschroeiende 29° C. De set werd ingeleid met ‘The Hell Song’, een nummer dat deel uitmaakt van hun tweede studioalbum ‘Does This Look Infected?’. Ondanks de hitte was frontman Deryck Whibley – vandaag met geblondeerde lokken – vastberaden om het publiek in beweging te krijgen. “I wanna see you motherfuckers moving!” riep hij tijdens ‘Motivation’. Tussen ‘Makes No Difference – waarop er duchtig werd meegezongen – en ‘Still Waiting’ was er voor de band nog even tijd om hun riffkunsten tentoon te stellen. We hoorden o.m. stukjes uit ‘Seven Nation Army’ en ‘Smoke on The Water’. Ook een cover van ‘We Will Rock You’ mocht er niet aan ontbreken. Afsluiten deden ze met ‘Fat Lip’, hun bekendste single. Verfrissende show, ondanks de hitte!

Ook ’s avonds werden we getrakteerd op een portie punk, dit keer van Nederlandse bodem. ‘John Coffey’ – een bandnaam gebaseerd op een personage bedacht door Stephen King – mocht in de vooravond het slot op de ‘Europe Stage’ invullen. Het was vandaag de laatste show van hun tournee en Zanger David Achter de Molen wilde er iets speciaals van maken. Aan het aantal circle- en moshpits te zien leek dat uitstekend te lukken. Achter de Molen is echter iemand die de lat hoog legt voor zichzelf. In de tweede helft van de show kreeg hij het dan ook voor mekaar om quasi het voltallige publiek in beweging te krijgen met wat wij een ‘moshwall’ zouden noemen… iets dat geleek op een combinatie van een wall of death en een moshpit. Voor ons was dit het hoogtepunt van de avond. Voortreffelijke show en jammer voor de mensen die het gemist hebben want vanaf nu zijn ze on indefinite hiatus.

Als afsluiter gingen we om kwart voor twaalf kijken naar de Londense indierockers van ‘Bloc Party’. De show ging van start met ‘Only He Can Heal Me’, een nummer van hun meeste recente studioalbum ‘Hymns’. De A38 zat terug stampvol maar we begrepen eigenlijk niet goed waarom. Het geluid stond niet op punt, een probleem dat de hele set overschaduwde. ‘This Modern Love’ was het laatste nummer van het optreden. De tijden waarin we de originele bezetting van Bloc Party aan het werk konden zien liggen ver achter ons. Misschien is dat nu net de reden waarom de show vanavond zo magertjes was.