Desertfest 2015 DAG 2: zaterdag 10 oktober 2015 -TRIX (Antwerpen)

Review:Festivals
  Erik Vandamme    12 oktober 2015

Op deze tweede festivaldag van Desertfest was het vooral uitzien naar Earth Orange Goblin  en  Greenleaf. Maar ook het fijne weerzien met Vandal X en het doen van enkele fijne ontdekkingen zoals de Franse band Mars Red Sky en de Zweden van Deville stond op het programma. Maar ondanks de daverende inzet van alle bands en artiesten, die één voor één op Desertfest in TRIX hun beste beentje hebben voorgezet, is het vooral de totaalbeleving van dit festival dat kan gezien worden als HET hoogtepunt van dit evenement. De gemoedelijke sfeer, de gezellige omgeving, de fijne gesprekken en glimlachende medewerkers, etc. Het zijn voor ons de redenen waarom we dit festival alleen maar kunnen aanprijzen.


Op de Vulture Stage mocht Pendejo , uit Nederland, het vuur aan het lont steken. Ze legden de lat meteen heel hoog, het nog maar mager opgekomen publiek kreeg al direct een uppercut te verwerken. De heren lieten er geen gras over groeien, zonder enig medelijden werden we meegesleurd. Na enkele mokerslagen tot snerpende gitaar riffs was het startsein gegeven voor weer een wervelende festivaldag. Pendejo gaf ons alvast het voorbeeld - met een strakke, snelle en knallende set - hoe het moest. Het spreekwoord luidt ''goed begonnen is half gewonnen''. Een betere start van desertfest konden we inderdaad niet krijgen.

Helaas misten we een paar bands door het afnemen van enkele, welliswaar heel interessante, interviews. Zo hadden we o.a. een heel open, en gezellige babbel met Deville uit Zweden en de Franse band Mars Red Sky. Deze interviews lezen jullie binnenkort ook op de website. Dit even terzijde.

Volledig opgewarmd door de sympathieke Nederlanders zakten we af richting Desertage voor een heel andere gebeurtenis. BelzebonG lieten ons binnentreden in de poorten van de hel. Niet alleen sneden de ijskoude gitaar riffs ons de keel over maar werden we tot bloedens toe neergehaald door snoeiharde drumpartijen. De heel griezelige beelden op de achtergrond bezorgen ons ware angstaanvallen. Ook al wordt hiervoor gebruik gemaakt van oude beelden, die we terugvinden in menig horrorfilm met een snuifje porno, uit de categorie B-films. De drugs en geestenverrijkende rookontwikkeling,  die we trouwens ook te zien kregen op het scherm, kwam als donkere wolken op ons af dankzij de ijzingwekkende tonen die BelzebonG tentoon wist te spreiden. Ook al leek het allemaal diezelfde gang op te gaan, door de donkere bedwelmende sfeer voelde men zich als luisteraar wegdrijven naar de meest duistere gedachten in je hoofd. Deze trip richting hel deed ons rillen tot op het bot.

Van de Hel naar de Hemel dan maar? Deville mag dan een duivelse naam hebben, deze Zweedse band zorgde vooral ervoor dat we even de teugels volledig los konden gooien. De set kwam wat traag op gang, alsof de band en fans vooraan het podium even onder stroom moesten geraken. Maar gaandeweg begonnen de bandleden wat meer te bewegen op het podium, en dat had zijn uitwerking op de aanwezigen. De gitaristen gingen als wilden tekeer, zeker naar het einde toe leek Deville uit zichzelf te treden. Wild om zich heen slaande zorgden zowel gitaristen, drummer als zangers ervoor dat iedereen over de streep werd getrokken. Het wat tragere begin waren we prompt vergeten, doen we na een potje hevig headbangen en poging doen tot een kleine moshpit, uiteindelijk badende in het zweet richting bar vertrokken voor een frisse pint Brugse Witte, om te bekomen van al dat straatgeweld. Bovendien weten de band als geen ander stoner elementen perfect te combineren met pure hardrock. In een later interview gingen we daar nog wat dieper op in, maar deze heel sympathieke Zweden hebben alvast bewezen uit het goede hout gesneden te zijn. Hun nieuwste plaat Make it Belong to us, waarvan de heren ook enkele nummers hebben gespeeld, kunnen we dan ook ten zeerste aanraden. Maar Deville is live vooral een tikkende bom, die eens ze ontploft geen spaander van de zaal geheel houdt. Dat is op Desertfest ook gebleken.

Setlist:  Burning Towers   Lava   Chief   Out of the black   The Knife   Make it belong to me   Deserter   Over the Edge   Drive   What remains

Na een stukje Monomyth die hun beklijvende instrumentale muziek knap wisten te combineren met even mooie beelden op de achtergrond zakten we af naar de Cayon Stage voor een band die ondertussen hun sporen ruimschoots heeft verdiend binnen het muziekwereldje. Vandal X zagen we medio 1998 al aan het werk op Pukkelpop. Bart Timmermans en Günther Liket timmeren al sinds medio 1995 aan de weg. Nog steeds gaan ze diezelfde gang uit als twintig jaar geleden, zowel op als naast het podium. Zonder verpinken, en omkijken slaan ze het publiek direct murw. Dit door middel van een snoeiharde, gitaarriffs die ons telkens kippenvel bezorgen,  tot de duivelse drumuithalen waarvan onze oren beginnen te suizen. Daarbovenop is er de vocale aankleding die de haren op onze armen doen rechtstaan. Met hun laatste plaat Vandal X bewezen deze heren nog steeds te staan als een huis, al staan potentiële opvolgers te trappelen om de fakkel over te nemen. Vandal X bewijst anno 2015 dat ze nog allesbehalve dood en begraven zijn.  De wat grijze haren van de frontman/gitarist in het midden gelaten, bewijzen deze heren bovendien op Desertfest dat ze nog steeds in staat zijn hun duivels te ontbinden en een publiek in te pakken. Een knappe prestatie wisten ze op desertfest neer te zetten, waarbij de indrukwekkende soundscapes je trommelvliezen deden barsten. Dat was in 1998 zo en dat is nog steeds het geval.

Greenleaf ontstond als een zijproject van Dozer, dat was genoeg reden om deze groep te gaan aanschouwen. Waar we Dozer ijzersterk en razendsnel over de hoofden heen leken te rijden, maar ook vrij monotoon, kon het zijproject ons naderhand toch iets meer bekoren. Dit door de inbreng van inderdaad die bulldozer die over ons hoofd heen denderde, maar met een eerder verfijnde sound en een vooral frontman die het publiek naar zich toe trok en bovendien nog heel goed bij stem is ook. Arvid Jonsson bezit trouwens een soort charisma waarvan de grootste kniesoor, nog met een stralende glimlach zal staan kijken en mee genieten. Ook wij waren danig onder de indruk, want door zijn uitstraling en interactie trok hij iedere aanhoorder naar zich toe. Uiteindelijk is het net die kruisbestuiving tussen typisch gitaargeweld van Dozer gitarist Tommi Holappa en hoge stembereik, plus die charismatische uitstraling , van Arvid die ervoor zorgen  dat het dak er geheel afging. Greenleaf zorgde, tussen die vaak sombere stemming waar sommige bands in vertoeven dit weekend, voor een feestelijke stemming waarbij stilstaan onmogelijk bleek te zijn. Zonder meer een welgekomen zonnetje dat boven de wolken scheen deze Greenleaf.

We hadden een uur eerder een fijn gesprek met de Franse  groep Mars Red Sky. Dat interview lezen jullie in een later artikel. Op de Canyon Stage brachten ze een stevige set, zonder daar meer of minder aan toe te voegen. Net zoals het eenvoudige beeldmateriaal op de achtergrond, bleek ook Mars Red Sky vooral technisch hoogstaand te staan spelen. We waren vooral onder de indruk van de snijdende gitaar riffs, de solo's gingen door merg en been, en de knappe drumuithalen. Van de subtiele vocale aankleding waren we dan weer iets minder onder de indruk. Ook was er niet echt veel interactie naar het publiek toe, maar ergens stoorde dit ons niet echt. Mars Red Sky bleek vooral zo'n band die 'schittert in eenvoud'. Zonder daar teveel show rond te verkopen, hun muziek voor zich laten spreken dus. Wie meeging in de heel lang uitgesponnen, meesterlijke solo's van zowel drum als gitaar , voelde tintelingen in de vingers en voeten. Echt moshen of hard dansen was er niet bij, maar we stonden lekker te headbangen van begin tot einde. Ook al lijkt alles dus een beetje diezelfde monotone gang op te gaan, wij stoorden ons daar niet echt aan. Net door de technisch hoogstaande manier waarop dit trio staat te spelen, met een vette knipoog naar het verleden weliswaar, maar vooral met een groot hart naar de muziek toe. We houden nu eenmaal van bands en artiesten die 'hun hart uitstorten tijdens het bespelen van hun instrumenten'. Je voelt dan ook duidelijk aan dat deze heren vooral met dat hart stonden te spelen. Daardoor keken ze het publiek amper aan en betrokken deze niet echt in de set, wat op zich een beetje jammer is. Maar de aanhoorder, die zich gewillige liet meedrijven op de snedige golven, zal hier wellicht niet over zeuren. Onder deze categorie durf ik mezelf zonder schroom ook onder te brengen. Knappe prestaties van deze Franse band, een beetje meer interactie had wel gemogen. Is onze eindconclusie.

Stilaan maakten we ons op voor de finale. Orange Goblin deed eigenlijk, wat 'show gehalte' betreft net hetzelfde als Greenleaf. Met een zin voor entertainment het publiek stevig inpakken. Dat was in grote mate te danken aan de bonkige verschijning op het podium van frontman Ben ward. Zonder afbreuk te doen aan de inbreng van van de andere bandleden uiteraard. Zo zagen we bijvoorbeeld een meesterlijke solo passeren van basgitarist Marty Millard. Basgitaristen die een solo mogen naar voor brengen? Je komt dat niet elke dag tegen, maar wat Marty Millard uit zijn basgitaar wist toveren? Daar kan menig collega een punt aan zuigen. Uiteraard haalde Ben, om het publiek te paaien, enkele clichés boven. Zo wist de man ons te vertellen dat hij in Berlijn en Londen op Desertfest heeft gestaan, maar het Belgische bier toch beter is. Wie zijn wij om hem tegen te spreken. Orange Goblin maakt bovendien ook gebruik van visuele effecten. Zo werden beelden getoond van bijvoorbeeld oude horror films, of eerder B-films. Maar vooral stroopte er een hoge dosis testosteron over het scherm en dat sluipt ook in de muziek van Orange goblin. Stoere mannen met zware motoren, vrouwen die hun mannetje kunnen staan en griezelige figuren die gillende vrouwen de schrik van hun leven aanjagen. Het zijn maar voorbeelden van wat we te zien kregen. Maar, zoals we aangaven, straalt de band dit ook op het podium uit. Met de nodige dosis humor en een kwinkslag links en rechts. Ze lieten het publiek, waaronder een paar crowdsurfers, gretig uit hun hand eten. Zelfs een circlepit tot mosh pit kon er nog vanaf. Kortom Orange Goblin zette hier een krachtdadig feestje neer, en liet het dak van de voormalige Hof Ter Lo er volledig afgaan. Iedereen, van begin tot einde van de zaal genoot met volle teugen. Maar ook de heren op het podium straalden zelf spelplezier uit. Of hoe een potje old school rock'n'roll spelen, zonder fransjes, nog steeds werkt in deze ingewikkelde tijden.

Tijd voor een rustpauze na al dat geweld? We zakten af naar de Vulture Stage om te genieten van USA Out of Vietnam. Deze vrij jonge band uit Montreal bracht tot op vandaag slechts één plaat uit: Crashing Diseases and Incurable Airplanes. De titel van de plaat is al minstens even lang als de nummers die ze brengen. Er ging van alles door ons heen bij het aanschouwen van dit concert. Volgens hun biografie halen ze hun invloeden bij, ik citeer: black metal, doom, drone, minimalist composition, sludge, noise, post rock, shoe-gaze, dream pop, nineties psychedelia and classic seventies radio dial pop. De grote sterkte van USA Out of Vietnam is  dan ook de bonte variatie van muziekstijlen, een mengelmoes van genres die ze door elkaar mengen, als vuurpijlen op de aanhoorder los te laten. En telkens raak schieten. Het zorgt enerzijds dat je in zwevende atmosferen terecht komt, om daarna plots zonder medelijden tegen een geluidsmuur te worden gegooid. De onbeholpen manier waarop deze jongens en dames in het begin van de set staan te spelen, slaat na een tijdjes plots over naar een haast chaotisch, overrompelende act. Beweging zit er genoeg in USA Out of Vietnam, en ook puur muzikaal brengen ze dus een allegaartje van muzikale stijlen waardoor we de oren spitsen en lekker staan mee te headbangen, tot in trance geraken. De bevreemdende klanken worden ook met een hoge dosis energie gebracht, ook al lijken deze band nog wat podiumervaring te missen. Maar gezien de interessante prestatie die ze hier neerzetten lijkt het ons een band om in het oog te houden. Ook dat album blijkt naderhand een ingewikkelde trip te zijn geworden, waarbij vele emoties worden aangesproken. We herhalen het nog eens, in het oog houden deze band! Beluister de muziek van hun debuut, om u een beeld te vormen van wat wij voelden daar in Trix Café.

Gevoelens, emoties. Het zijn ingrediënten die ervoor zorgen dat je een optreden van Earth onmogelijk kan bestempelen als louter ''een concert''. We zagen deze band enkele jaren geleden op Dour aan het werk en werden weggeblazen door een overdonderend, intensief geluid waardoor je in een diep trance terecht kwam. Ook op Desertfest voelden we ons uit het lichaam treden en begaven ons , doorheen een oorverdovende hypnose,naar een andere wereld. Het zorgde ervoor dat we met de ogen gesloten, of tot tranen toe bewogen naar één punt stonden te staren op het podium. Earth zorgde met een set boordevol overdonderende, grensverleggende intensiviteit dat we werden weggedreven, ver, heel ver van deze aardbodem. Dat was niet alleen te danken aan de snerpende gitaar riffs, of de knetterende uithalen van de frontman. Ook de knappe drumuithalen van Adrienne Davies gingen van fijn strelen over naar het uitdelen van mokerslagen die je hart deden verschrompelen. Bovendien was de kruisbestuiving tussen Dylan Carlson en beide andere gitaristen zo hemels mooi dat het aanvoelde alsof we elk moment het licht zouden zien. Door middel van een opbouw richting climax, die we ook terugvinden bij postrock, tilde Earth ons op met hun muziek en leek het of we even boven de zaal door de lucht gingen zweven. De harde drones daverden bovendien als trilboren door onze oren, waardoor onze hersens tot bloedens toe werden gepijnigd. Een soort 'pijn' waardoor je als mens niet de neigen voelt naar buiten te rennen, maar waarbij je ongecontroleerd je laat meedrijven naar een ongekende hoogte. We keken even om ons heen en zagen mensen  met tranen in de ogen staan genieten van zoveel instrumentale schoonheid. Neem het van mij aan, dat laatste was bij mij ook het geval. Alle emoties kwamen boven drijven, tot een ongekend hoogtepunt. Maar daar waar andere bands dit niveau kunnen bereiken door een soort intieme intensiviteit, worden we bij Earth door de harde, meedogenloze drones, tot pure waanzin gedreven.  Bij het openen van de ogen, bleven we verweesd achter, als is ook dit een understatement. Trillend op de benen, niet goed weten hoe hierop te reageren verlieten we de zaal.  Zelfs op weg naar huis voelden we die trillingen nog steeds diep doordringen tot het diepste van onze genen.

Zonder meer een indrukwekkend sluitstuk van een overweldigende tweedaagse. Tot volgend jaar!